De voedingsindustrie haalt alles uit de kast om ervoor
te zorgen dat de consument zoveel mogelijk van hun ongezonde producten blijft
snoepen, zo onthult Pulitzer-prijswinnaar Michael Moss in zijn boek Salt,
Sugar, Fat.
Onderzoeksjournalist Michael Moss is in Nederland om
over Salt, Sugar,
Fat te praten. Reden: zijn boek heeft een
Nederlandse vertaling, die sinds twee weken in de schappen ligt. ‘Zout, Suiker,
Vet. Het klinkt zelfs nog beter in het Nederlands’, schrijft de journalist van
de New York Times op zijn
website.
Moss won in 2010 de Pulitzer Prize, de belangrijkste journalistieke prijs van Amerika,
voor een reeks artikelen over geïnfecteerde hamburgers. De ziekmakende bacterie
was per ongeluk in het vlees gekomen. Via een bron kreeg hij toen de tip om
eens te kijken naar wat voedselbedrijven juist expres in het eten stoppen,
namelijk zout, suiker en vet.
Auteur Michael Moss
Na drieënhalf jaar onderzoek, resulteerde dat
uiteindelijk in de bestseller Salt, Sugar, Fat. De eerste Engelstalige versie
van dit boek verscheen in februari 2013.
Laboratorium
Het boek van Moss gaat over hoe de voedingsindustrie
zichzelf én de consument afhankelijk heeft gemaakt van goedkope ingrediënten:
zout, suiker en vet. Voor het schrijven van zijn boek gebruikte Moss vertrouwelijke
documenten en hij sprak met insiders uit de industrie. Ook bezocht hij de
laboratoria van grote bedrijven, waar wetenschappers zorgvuldig uitvogelen hoe
de consumenten het best verleid kunnen worden tot meer consumptie.
Waarom kunnen burgers niet op tegen deze vetmakende
doch voedingsarme processed
foods? DeBliss Point (het genotspunt) is
een term die vaak terug komt in het boek. Wetenschappers, die werken voor de
voedselgiganten, zijn constant op zoek naar de ultieme samenstelling van zout,
suiker en vet, waardoor de hersenen bij het eten van deze producten het
ultieme genotsgevoel ervaren, en consumenten alsmaar blijven schransen
Daarom gebeurt het maar zelden dat iemand een handje
chips kan nemen, zonder dat daarna de hele zak achter de kiezen verdwijnt. De
voedingsindustrie gebruikt – ook binnenskamers – expres het woord ‘verslaving’
niet om associaties met tabak en drugs te vermijden. Het spreekt liever over de
‘craving‘ (hunkering) die hun producten opwekken bij de klant.
Een blikje cola
Behalve de bliss point, zijn er nog meer trucs die de
multinationals stelselmatig uithalen om ervoor te zorgen dat de zwaarlijvige
burger niet stopt met eten. Een juiste combinatie van ingrediënten zorgt er ook
voor dat onze hersenen de calorieën niet herkennen, maar wel het signaal
krijgen om er meer van te nuttigen. Een voorbeeld daarvan is Coca-Cola,
een drankje waar veel calorieën inzitten terwijl het leegdrinken van een blikje
geen vol gevoel geeft. Met andere woorden, iemand kan het de hele dag door
drinken zonder dat hij verzadigd raakt.
Het ultieme fast food-product is volgens Moss de chips
van Doritos. Over
alles is nagedacht bij deze snack. Van het moment waarop het
kaaspoeder verwaterd in het speeksel tot de felgekleurde verpakking. Iedere
vierkante millimeter is zo ontworpen dat de consument de zak tot de bodem naar
binnen werkt.
Monsterlijke marketingbudgetten
Ondertussen torpederen voedselgiganten, met hun
miljardenbudgetten als munitie, de burger ook nog eens met reclameboodschappen.
Uit een recent rapport van het Yale
Rudd Center blijkt dat de fast food-industrie in
2012 alleen al in Amerika 4,6
miljard dollar aan marketing uitgaf. Kinderen worden zeker
niet bespaard in dit advertentiegeweld, stellen de onderzoekers. Een voorkeur
voor zoet begint namelijk al vroeg.
In Nederland, waar een op de vijf jongelui inmiddels
te zwaar is, gebruiken voedselbedrijven ook nog
steeds marketing om kinderen aan te spreken, ondanks de belofte
om dat niet te doen. Opzichtige televisiereclames zijn echter lang niet de
enige manier meer.
Vorige maand kwam er een rapport uit over hoe
McDonald’s – vooral in de Verenigde Staten – op
clowneske wijze het goede doel gebruikt om
kinderen te bereiken. Dichterbij huis kwam consumentengroep Foodwatch twee
weken geleden in actie tegen het ogenschijnlijk onschuldige
overheidsinitiatief, het Nationaal Schoolontbijt, dat volgens Foodwatch gekaapt
is door de voedselbedrijven.
Na decennia van steeds meer zout, suiker en vet, zal
het geen verrassing zijn dat er voor het eerst in de geschiedenis meer mensen
op deze planeet rondlopen met overgewicht dan met ondervoeding. Doordat
consumenten wereldwijd verslaafd zijn aan processed foods, kunnen ook de bedrijven zelf niet meer zonder het
magische trio zout, suiker en vet.
Wall Street
Moss omschrijft in een hoofdstuk hoe Kraft Foods de
enorme hoeveelheid zout, suiker en vet in hun producten probeerde te
verminderen, waarop de verkoopcijfers daalden. Wall Street riep het Amerikaanse
miljardenbedrijf op het matje, en de poging van Kraft om zijn belangrijkste
producten gezonder te maken, werd onmiddellijk teruggedraaid. Aan het eind van
de dag zijn commerciële voedingsbedrijven maar voor één ding op aarde gezet:
winst maken. Anders
lopen grote aandeelhouders, zoals Warren Buffett, weg.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.